Het Alfabet

Nadat volkeren zich op vaste plekken vestigden en nederzettingen ontstonden begon de mens handel te drijven. Hiervoor was het nodig om zaken te noteren, dit gebeurde aan de hand van pictogrammen. Een bekende vorm hiervan is het spijkerschrift wat ongeveer 3000 jaar voor Christus is ontstaan. Een volwaardig schrift van 2000 tekens die met spijker- of wigvormige inscripties in kleitabletten werd gezet. De economie groeide aan de hand van dit communicatiemiddel en al snel gingen grote volken gebruik maken van dit schrift, zoals de Babyloniërs en de Perzen.

De geschriften bestonden uit talloze pictogrammen, allemaal met een eigen betekenis. Dit werden er steeds meer waardoor het schrijven voor de gewone mens te ingewikkeld werd. Totdat de Feniciërs, zo een 1000 jaar voor Christus, een alfabet ontwikkelden. De Feniciërs waren erg arm en konden een boerenbestaan niet opbrengen dus werden ze kooplui. Met hun boten voeren ze de Middellandse zee af en kwamen ze met veel verschillende talen in contact. Hierdoor kwamen ze op het idee het alfabet te ontwikkelen. Ieder teken stond niet meer voor een woord of voor een gebeurtenis maar voor een bepaalde klank. Met deze klank kon je ieder denkbaar woord maken.

In het verre oosten ontstond het Aramees, hieruit ontstonden het Indiaas, Perzisch, Arabisch en het Hebreeuws. In het westen leerden de Feneciërs hun taal aan de Grieken. De Grieken pasten de taal aan, zo voegden zij klinkers toe aan het alfabet. Van het Griekse alfabet werd het Latijnse alfabet afgeleid. Het Latijnse alfabet vormt de basis van de West Europese talen, onder andere het Nederlands.

Grotschildering in KwaZoeloe-Natal, Zuid-Afrika.

Het vermoedelijk door de Soemeniërs ontworpen spijkerschrift is rond 3000 jaar voor Christus in Mesopotamië ontstaan.

Het schrift van de hiërogliefen is rond 3000 voor Christus ontstaan en werd door de oud Egyptische beschaving gebruikt.

Joodse maankalender met in de middelste ring het Hebreeuwse schrift en in de buitenste ring het fonetische Engelse schrift.

Steen van Rosetta, gevonden in 1822. Op deze steen staan drie talen, het Grieks, het Demotisch schrift en het Egyptisch schrift. Aan de hand van deze steen zijn veel betekenissen van hiërogliefen bekend geworden.

De steen van Tozz

Tot 1822 begreep niemand iets van hiërogliefen die waren gevonden. Totdat een kapitein, genaamd Champollion uit het leger van Napoleon, een steen ontdekte. Op die steen, de steen van Rosetta, stond dezelfde tekst in drie verschillende talen, het Grieks, het Demotisch schrift en het Egyptisch schrift. Door het Griekse schrift met het Egyptische schrift te vergelijken wist men achter de betekenis te komen van de hiërogliefen.
De reden dat ik een verbastering heb gemaakt van de steen van Rosetta is omdat de men de huidige straat taal maar lastig kan begrijpen. Zinnen als “keel, je weet zelluf” worden dagelijks gebruikt. De steen van Rosetta was nodig om de betekenis van hiërogliefen te achterhalen. Het is dan ook geen gek idee om een steen te maken met daarop de straattaal, de gewone taal en de Engelse taal. Misschien vindt men dit later terug en kan het daardoor de betekenis van onze taal achterhalen.

Plaats een reactie